Deel 2
Door: JvdW
29 Juli 2015 | Verenigd Koninkrijk, Penzance
Nadat we weg waren gereden bij het 19e eeuwse hotel, zijn we zwalkend richting Lands End gereden (met harde wind is ons luchtkasteel moeilijk in een rechte lijn te dirigeren). Lands End is het zuid-westelijke puntje van Engeland. Zeggen ze. Onderweg hebben we een aantal campings gebeld om te reserveren, maar die waren allemaal vol (logisch met dit weer, wat wil je liever dan in Zuid-Engeland op de camping?). Uiteindelijk hebben we met tegenzin de camping gebeld met het predicaat 'onvriendelijke eigenaar' in de reisgids. We werden te woord gestaan door een aardige man die ons doorverbond met een aardige vrouw. We konden het laatste plekje reserveren. De Britten zijn heel blij dat wij als buitenlanders komen kamperen. Tenminste, dat dacht ik door de grote hoeveelheid tegenliggers die ons lichtsignalen gaven. Vriendelijk zwaaide ik terug.
Omdat we wat laag in het brood/melk/fruit/koekjes zaten, waren we blij dat we een Marks&Spencers langs de weg tegenkwamen. Verlekkerd maakten we en boodschappenlijstje in de camper, maar toen we binnenkwamen werd er direct omgeroepen dat ze binnen 10 minuten zouden sluiten. Het was ons onduidelijk of dat met onze binnenkomst te maken had of dat het was omdat het 16.35 op zondag was. In radend tempo, als in zo'n 1-minuut-gratis-winkelelen-actie, snaaiden we alles waar we langs liepen. 9 minuten en 52 seconden later liepen we, vol van de stress en met een volle car, de winkel uit. Bij de camper aangekomen, bleek het trapje naar de camperdeur nog uitgeklapt. Had een van de dochters bij het hotel vanmorgen gedaan en aangezien de rest van de familie door de andere deur naar binnen was gegaan, was het verder niemand opgevallen. Maar wel veel tegenliggers, die al lichtend gierend uit de bocht vlogen in een poging ons trapje te ontwijken. Sorry!
De camping was keurig, de eigenaren vriendelijk. Nog even met de eigenaar staan praten die een Unimog met 27km op de teller uit het leger had gekocht en die ie nu in een camper aan het ombouwen was. Leuk even over portaalassen staan praten.
's-Avonds zijn we in Marazion wezen eten bij de pub, met een prachtig uitzicht op Mount St Michael (copy van de Mont Saint Michel). Daar gaan we morgen naartoe. Eten was below snackbar niveau, maar het was gezellig en voor 50 Pond mag je nier mopperen (fish&chips, hamburger, pasta kinderschotel en kinder kip nuggets). Maris wilde fooi geven, de eigenaar -terecht- weigerende beleefd.
Maandag 27 juli
Vanmorgen werden we om 09.15 gewekt door het zonnetje, dat om 09.20 omsloeg in een miezer regen. Na douchen en ontbijten besloten we terug te rijden naar Mount St. Michael om te Mont-Saint-Michel-rip-off te bezoeken. Daar aangekomen werden we door een uiterst vriendelijke meneer gestopt. Hij wees ons de camperparkeerplaats, maar meldde er meteen bij dat vanwege het slechte weer (wat wij, door gewenning, intussen al als 'redelijk' bestempelen) en de harde wind het kasteel (je moet immers over een paadje door de zee) vandaag gesloten was.
Dus zijn we doorgereden naar Penzance, een vriendelijk vissersdorpje met een soort van Sirene: Deze Griekse mythologische figuur werd hier geïllustreerd door een koffiebarretje met hele grote stukken taart, waar we dus geen weerstand aan konden bieden. Anderhalf uur later liepen Mariska en ik, beiden misselijk, het barretje weer uit. De meisjes hadden meer zelfbeheersing en waren op tijd gestopt (Laura: "Ik weet niet of mijn maag dit wel zo'n goed idee vindt"). Barretje had leuke WC's, bij de heren hing in spiegelbeeld ook een pot en een gootsteentje aan het plafond, waarbij je de kranen van het plafond moest gebruiken om het kraantje beneden te openen.
Daarna een voettocht van een halfuurtje door de sub-tropische tuinen en omgeving van Penzance gemaakt, waarbij Maris me ervan probeerde te overtuigen ("Ah, zulke planten zie je bij ons niet!" (bij gewone hortensia's)) dat het hier echt heel erg sub-tropisch was. Daarna hebben we de kinderen losgelaten in een souvenir winkeltje, waar Laura als aandenken een roze dromenvanger uit China kocht en Lotte een paarse krab uit China. Leuk, hoeven we niet meer naar China, de souvenirs hebben we al.
Daarna zijn we doorgereden naar het eind van de wereld. Als dat al bestaat, verwacht je het inderdaad hier. Met harde storm en een redelijk zonnetje, hebben we toen nog bij Lands End een wandeling gemaakt. Mooi om de zee tegen te kliffen te zien beuken. Vervolgens zijn we uitgewaaid naar Marazion teruggereden, waar we in een cafeetje gegeten hebben. Nu staan we weer op de camping van gister.
Dinsdag 28 juli "Een bewogen vakantiedag"
We hadden verschillende uitjes gepland staan vandaag: de eerste was om met z'n allen naar de douches te gaan, die zijn hier gemengd, dus kon er lekker tussen de verschillende douchehokjes heen en weer geschreeuwd worden. Het was een muntjesdouche met de muntjesmachine aan de buitenkant, dus je moest je muntjes inwerpen, vlug je hokje in, uitkleden (want in Engeland en gemengd, dus eerst uitkleden en dan je muntje inwerpen gaat niet) en vlug douchen. De douche was zo heet, dat je aan het eind van je muntje gekookt was, maar wel heel schoon.
Het was het gebruikelijke sub-tropische Cornwall miezerweer, dus we liepen vandaag op tegen een wasprobleem: iedereen had de enige onderbroek nu 4x aangehad, en de sok was zo hard geworden dat de voet waaraan we hem droegen, geen schoen meer aankon. Dus wilden we een wasserette in de buurt zoeken, omdat de camping wasmachine continue bewaking behoefte en niemand van ons zin had om de hele dag (1 spoeling voor de sok, maar we dachten dat de onderbroek wel 2x op 90 graden gewassen zou moeten worden voor alle remsporen eruit zouden zijn en daarna zou alles -vanwege het weer- nog in de droger moeten) naar de wasmachine/droger te blijven turen. Dus schakelde ik mijn routertje/MiFi aan voor lokaal internet (ik heb de lezer dit vakantieverslag behoed voor het verhaal over de zoektocht naar een lokale data SIM-kaart (omdat dat de afgelopen jaren al het middelpunt van mijn verslagen was en ik houd niet van sequals), maar uiteindelijk was dat vorige week gelukt en had ik een perfect werkende kaart van de provider '3' die voor 15 Pond ongelimiteerd internet had beloofd), om een wasserette te zoeken.
No such thing! Mijn iPad gaf mij de 'Big Brother Is Watching You' melding dat '3' er achter was gekomen dat ik hun SIM-kaart in een dongeltje had gestopt en dat dit ONMIDDELLIJK moest stoppen, ja! Deze SIM-kaart mocht volgens '3' alleen in een mobiele telefoon gebruikt worden. Dus ik gebeld met de klantenservice van '3'. Die bestaat helaas uit zo'n belcomputer. De eerste keuze is tussen: 'kies *1 voor het afsluiten van een nieuw contract' en 'kies *2 voor hulp met uw bestaande contract'. Zodra je 2 kiest, en je dus bekent dat ze jouw geld al verdiend hebben, wordt je het doolhof van keuzemenu's ingestuurd, onder het mom van "onze tijd is meer waard dan die van u, daar gaan we geen levende medewerker opzetten". Dus uiteindelijk optie *1 gekozen en via de verkoopmedewerker, die erg zijn best deed me een nieuw abonnement aan te smeren, naar een after sales medewerkster in India doorverbonden. Die kon mijn verhaal over de SIM-kaart volledig bevestigen: deze kaart doet het vanaf nu alleen in een mobiele telefoon (gelukkig had ik er 3 dagen mee ge-Internet). Wel bood ze me de deal dat als ik de juiste SIM-kaart zou kopen en ik zou de klantenservice terugbellen (of in India komen bezoeken), dan zou de 15 Pond tegoed worden overgezet naar de nieuwe kaart.
Via dure en trage roaming verbinding toch een wasserette in Penzance gevonden. Nadat we om 12.30 onze was hadden gedropt (einde dag of morgenochtend halen, 20 Pond voor wassen bont/wit en opvouwen: We brengen voortaan al onze was hierheen vanuit Nederland)) zijn we bij ons WC-tegen-het-plafond-cafeetje koffie wezen drinken (terwijl ik aan de overkant de juiste '3' SIM-kaart ging kopen). TIjdens de koffie nog lekker 35 minuten (pakweg 17 Pond belkosten) met de helpdesk in India aan de lijn gehangen, met 3 verschillende medewerkers (de eerste van sales via optie *1), die allemaal eerst mijn verhaal wilden horen en daarna zeiden dat ik een andere SIM-kaart moest kopen, waarna ik dan weer zei dat ik dat net gedaan had, waarna zei met de mond vol Indiaase tanden (hoewel ik daar slechte gebitten gezien heb) mij naar de volgende medewerkster doorverbonden. Uiteindelijk had ik een medewerkster aan de lijn die mijn verhaal begreep en er potentieel iets aan zou kunnen doen, maar haar supervisor was aan het lunchen. Van haar de belofte gekregen dat als de supervisor terug zou zijn van zijn lunch, hij de 15 Pond zou overzetten naar mijn nieuwe nummer.
Toen hebben we bij een hele (hele) grote supermarkt van Sainsbury boodschappen gedaan en lekkere broodjes gekocht. We wilden de campert ergers langs de kust parkeren en daar lunch in de camper klaarmaken. Maar hoe we ook zochten, op een parkeerterrein bij Mount St. Michael na (waar ze 8 Pond parkeergeld vroegen), zagen we nergens een geschikte plek. Dus zijn we maar in Marazion een weggetje ingereden dat wat verder de heuvels in ging. Er lag al wat nadruk op 'getje' bij het woord 'weggetje' en toen we een meter of 600 erin gereden waren stond er op een Y-splitsing een bord met 'niet geschikt voor HGV's' (Heavy Goods Vehicles). Mij leek dat bord te slaan op de linkerarm van de Y, maar Mariska dacht dat het zowel op de linker als rechter arm zou slaan. Aangezien 600 meter achteruit terugrijden mij geen goede optie leek, vond ik echt dat het alleen op de linker arm van de Y sloeg. Nog eens 300 meter verder de rechterarm in, werd het wel erg krap, waarbij dichte bossages langs de kant van de weg aan beide zijden de camper intens betastten.
Maar ruim een kilometer het weggetje in, werd de optie om achteruit terug te rijden steeds onaantrekkelijker. Dus vochten we ons verder, totdat de weg weer iets breder werd en we bij de bovenkant van het dorpje aankwamen. Hoewel we nog steeds geen parkeerplek zagen (er was alleen het smalle weggetje), waren we blij de ergste nauwheid achter ons te laten. Tenminste, dat dachten we. In het dorpje maakte de weg een flauwe bocht naar rechts, waar we -zonder ontsnappingsmogelijkheid- in een straatje terecht kwamen waarbij de muren van de huizen steeds dichter naar de straat toe stonden. Mijn achteruitrijcamera liet intussen een auto zien die achter ons aanreed. Bijna beneden in het dorp, kwamen de gevels zó op ons af, dat ik Maris vroeg om uit te stappen en me te gidsen. Toen kwam er ook nog een auto in tegengestelde richting. De mevrouw in deze A3 was zo vriendelijk om uit te stappen en Mariska te helpen om te gidsen. Aan de bestuurderskant zag ik nog ik nog enkele centimeters ruimte tussen de camper en de gevel en van Maris/A3-mevrouw kreeg ik door dat aan de bijrijderskant het aanzienlijk krapper was. Terwijl ik de laatste centimeters aan mijn kant opofferde en de camper stukje bij beetje de heuvel af door het straatje liet zakken, hoorde ik aan de bijrijderskant een griezelig gekraak: dat is waar het dak van de camper de dakgoot aan de rechterkant raakte. Aangezien ik minder dan twee centimeter ruimte had aan mijn kant, de anderhalf kilometer achteruit terugrijden geen optie was (zeker gezien de achter ons wachtende auto), heb ik maar knarsetandend en regengootknarsend doorgezet. 6 meter later hadden we het achter de rug, een hoekje van de regengoot op de grond en een stukje van onze trots achterlatend.
De camper was onbeschadigd, de mevrouw in de A3 al weer weg en bij het huisje van de regengoot hebben we een briefje in de bus gedaan met onze gegevens. Aan de kant waar vanaf de A3-mevrouw aankwam zagen we later een bordje: maximale breedte 7'00" (wij zijn 7"4"), handig om te weten. Zouden ze ook aan de andere kant van het weggetje moeten zetten.
Vervolgens hebben we voor 8 Pond geparkeerd op het parkeerterrein voor Mount Saint Michael. Onze maag was te draaierig om nog van een lunch te genieten (Laura en Lotte hadden het gehele incident gewoon achterin door zitten kleuren). Dus hebben we voor 6 Pond kaartjes gekocht om naar de Mount te varen (het was vloed, dus lopen was niet mogelijk). Voor 21 Pond mochten we het kasteel ook in. Een buitengewoon knus ingericht kasteeltje, waarbij de verschillende opengestelde zalen mooi waren ingericht. Helaas was er weinig gelegenheid om de kamers aandachtig te bestuderen, want iemand had bij de ingang de meisjes een quiz/puzzeltocht gegeven. Dat kon op weinig animo bij onze kinderen rekenenen, totdat we erbij zeiden dat je ermee een medaille kon winnen. In opperst fanatisme werden we vervolgens van ruimte naar ruimte gejaagd om daar vragen te vertalen en direct het juiste antwoord te geven. Om 18.00 stonden we in de rij voor het bootje naar de wal (6 Pond). Dus voor 41 pond (65 Euro) waren we lekker 2 uur onder de pannen geweest. Wel heb ik nog een extra medaille voor mezelf gebietst.
's-Avonds op de camping lamscotelleten met rijst en lamscurry gemaakt met salade.
Woensdag 29 juli
Om 09.30 werden we een beetje verkreukeld wakker. Na de douche (moi, de rest van het gezelschap beperkt zich om de dag tot 'poedelen' in de camper), was het zonnig genoeg om buiten te ontbijten. Tijdens de uitbuiksessie van het ontbijt, zei Mariska dat de campingmeesteres wilde dat we om 11.00 de plek zouden hebben verlaten. Het was 10.50.
Nahijgend zaten we om 11.10 op de parkeerplaats van de camping. De eigenaresse was een paar uur weg. Mijn Internet-dongeltje deed het weer, dus we waren klaar voor deel 2 van de vakantie. Onze dagmissie was om, na het ophalen van de was, door te rijden naar St. Ives en daar de middag door te brengen.
Er doen veel misverstanden de ronde over St. Ives: het zou er sub-tropisch zijn, het zou een idyllisch vissersdorpje zijn, je zou er van de prachtige stranden kunnen genieten. Echter, St. Ives is een toeristenvalkuil. Bij het 4e parkeerterrein was er nog een plekje voor ons vrij (op het speelveld van de rugby club, de sporen die ik daar heb achtergelaten zullen hun weerslag hebben op het spelverloop dit seizoen), waarna we met de bus naar het strand mochten. Door de drukte was er van het strand niks meer te zien, terwijl, met een aangename 15 graden, een pittige wind en een waterig zonnetje, de Britten zij-aan-zij lagen. De overgedimentioneerde Britten zaten/lagen in korte broek en T-shirt en alles onder de 12 had een wetsuit aan.
Aan de haven vonden we gelukkig nog een achteraf terrasje (voor de andere terrassen stonden rijen) waar we lekkere koffie* hebben gedronken en Stap-op hebben gespeeld (tot een windvlaag er met 7 kaarten (allen weer teruggevonden) vandoor ging. Na de koffie (zie*) hebben we een wandelingetje naar het havenhoofd gemaakt Ondanks dat Lot haar visnetje vergeten was, wilde ze toch met mij op krabbenjacht. Terwijl ik tussen de rotsen en aan de waterkant naar krabben tuurde, zei Lot opeens: "Kijk!" ik keek 4 meter verder en staarde een zeehond recht aan. Vriendelijk keek het dier ons aan. Ik had nog net tijd om Maris en Laura te roepen en 3 foto's te maken, voordat ie onder water verdween en pas 200 meter verder weer bovenkwam. Charlotte is intussen bevorderd tot 'Ridster in de orde van de Zeeleeuw'.
Intussen zijn we aangekomen op een camping in Falmouth, waar we morgen het plaatje gaan bezoeken. We hebben net hier op de camping bij een mobiele steenovenpizzabakkerijkbus 3 lekkere steenovenpizzas opgehaald en opgegeten.
*overal waar in dit verslag 'koffie' staat vermeld, moet vanzelfsprekend 'cappuccino' worden gelezen.
-
30 Juli 2015 - 14:02
Marijke Van Dam:
Zou het i.v.m. mijn leeftijd mogelijk zijn dat jullie volgend jaar een georganiseerd Rijnreisje gaan maken.
Dit verhaal heb ik nauwelijks overleefd.
Gelukkig heb ik ook vaak moeten lachen (trapje van de camper etc. ) waardoor ik weer wat balans gevonden heb.
Wederom prachtig geschreven. Ohh en die zeehond..................................
Heel veel liefs en xxxx
Reageer op dit reisverslag
Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley